Mannenkoor 1956 - 2024
D’r Auwe Zank
Foto dateert van 12 febr. 1957
en werd genomen te Beek bij het
huwelijk van 1 e tenor Funs
Weerts met Leny Maas.Van links
naar rechts: Zef Weerts, Eduard
Kickken, Pierre Budé, Huub
Kickken, jo Speetjens, Victor
Dortu, Huub Budé, jan Dortu,
Victor Kicken, jo Dortu, Pierre
Dortu, Sjeng Meurs, Sjef
Vaessen, Neel Meurders, Harry
Budé, Huub Weerts en Paul
Weerts. Op de foto ontbreekt
Funs Weerts.
Mk St. Remigius aangesloten bij:
Klimmen in het jaar 1956. We beginnen te proeven aan de weer langzaam stijgende welvaart na de jaren van
wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog. Het levenspatroon van veel mensen verandert stilaan. Het tv-toestel
dringt in steeds meer huiskamers door. In Klimmen, hoog gelegen op de heuvelrug tussen het Geuldal en de
mijnstreek, dringen die veranderingen ook langzaam door. Van het stille boeren- en mijnwerkers- plaatsje begint
Klimmen uit te groeien tot een aantrekkelijke woongemeente. Het is in die tijd dat het mannenkoor St. Remigius
wordt opgericht.
De precieze geboortedatum is 28 oktober 1956. De wieg van het mannenkoor staat in Craubeek. Het is geen
rustige, vredige geboorte voor dit koor, dat naderhand zal groeien tot een van de meest gerespecteerde
mannenkoren uit de wijde omgeving. Het ontstaan van het mannenkoor St.-Remigius bezorgt Klimmen in die tijd
heel wat gespreksstof. Immers, aan de oprichting is een "verzet" tegen de toenmalige pastoor Spaetgens van
Klimmen voorafgegaan. En de veranderingen in de samenleving tekenen zich dan wel aan, maar ook in 1956
maken in Klimmen toch nog de burgemeester, de pastoor en de notaris de dienst uit. Wat is er gaande in dat
rustige Klimmen? Er broeit iets binnen het Kerkelijk Zangkoor. Er zijn wrijvingen tussen de pastoor, het bestuur
van het koor en de leden. Veel leden hebben er moeite mee, dat het bestuur van hun koor in feite buitenspel
wordt gezet. Klachten daarover zijn op jaarvergaderingen herhaaldelijk aan de orde geweest, maar worden dan
lachend afgewimpeld. Nu heeft de pastoor een beslissing genomen, die, krachtens de statuten van het koor, aan
het bestuur is voorbehouden. En dat is de druppel die de emmer doet overlopen. Op een zondag in het najaar
van 1956 komt het tot een openlijk protest.
Het overgrote deel van de zangers van het Kerkelijk Zangkoor weigert het oksaal te betreden. Er is die dag geen
gezongen hoogmis in Klimmen en dat roept bij vele kerkgangers grote vragen op. Het is in Klimmen het gesprek
van de dag. De pastoor echter slaat terug. De volgende dag al vinden de weigeraars aan de opluistering van
Gods eredienst een brief in hun brievenbus. De dienstweigeraars worden geschorst als lid van het kerkkoor. En
dat zij een "grote zonde" begaan hebben door ongehoorzaam te zijn aan de pastoor blijkt de volgende zondag.
Andere zangers hebben hun plaats op het oksaal ingenomen en zingen in Klimmen de hoogmis. Ook deze
tweede zondag zijn de problemen binnen het koor gespreksstof in menige huiskamer in Klimmen en, zo mogelijk
met nog meer vuur, is de discussie in de plaatselijke cafés. De "dienstweigeraars" echter bevinden zich in
Craubeek in het huis van de, toen zieke, Funs Weerts. Zij zijn het samen al spoedig eens.
Er moet in Klimmen een nieuwe zangvereniging worden opgericht. Terug naar het kerkkoor, dat kan niet meer.
Een nieuwe vereniging als tegenwicht tegen het kerkelijk koor. De naam wordt die avond ook gevonden.
Het wordt "d'r Auwe Zank". Uiteraard komt het besluit
tot oprichting van een nieuw koor zeer snel de
pastoor ter ore. Hij doet iets terug. De kapelaan van
Klimmen wordt afgevaardigd naar leden van het
kersverse, nieuwe koor en die deelt mee dat geen
gebruik mag worden gemaakt van het patronaat. Op
die manier, zo wordt geredeneerd zijn de
overlevingskansen van het nieuwe koor erg miniem.
Het eerste repetitielokaal wordt niet het patronaat en
ook niet een van de lokaliteiten, die de plaatselijke
kasteleins ter beschikking hebben. Het wordt de
waskeuken in een oud slooppand in Craubeek. De
eerste repetities lijken een beetje op de toestanden
ten tijde van de Franse Revolutie, toen katholieken
ook in het geheim bijeenkwamen om hun
godsdienstoefeningen te houden. In die bijkeuken, al
gauw omgedoopt tot "het rovershol", houdt een klein
potkacheltje, waarop anders de wasketel staat, de
benen van de zangers een beetje warm. De repetities
worden 's zondags na de hoogmis gehouden. In
plaats van het ook in die tijd gebruikelijke
"frühschoppen", waarbij na de hoogmis een biertje of
borreltje wordt gedronken, komen de opstandige
zangers nu bijeen om onder primitieve
omstandigheden hun gezamenlijke hobby te
beoefenen. Het begin is moeilijk. Het koor bezit letterlijk niets anders dan de sympathie van de Klimmense
gemeenschap. Er wordt een fors contributiebedrag vastgesteld en de dirigent moet zijn diensten gratis verlenen.
Van de eerste, vooruitbetaalde, contributie worden ijlings partituren gekocht, zodat met het instuderen van enkele
volksliedjes kan worden begonnen. Het enige begeleidingsinstrument is een hobo. Ondanks dit primitieve begin
groeit de onderlinge band tussen de koorleden tot een hechte vriendschap. En achteraf lijkt het, dat juist dit begin
ervoor gezorgd heeft, dat het Klimmense mannenkoor gegroeid is tot een koor met grote verdiensten, maar met
vooral een puike sfeer onder de leden. In de ellende van de eerste maanden zijn veel humor en grote
vriendschappen geboren. Maar de tijden verbeteren Op 15 maart 1957 vestigt het jonge koor zich in de
pasgebouwde zaal van café P. Boesten en krijgt daarmee een goede accommodatie ter beschikking. De
penningmeester heeft een uiterst zuinig beleid gevoerd en er is genoeg geld over om een tweedehands
harmonium aan te schaffen. En het eerste officiële optreden van het koor is nabij! Dat eerste optreden vindt op 24
maart 1957 plaats in zaal Boesten en wordt gehouden ten bate van het Groene Kruis. Achter de schermen van het
Klimmense openbare leven wordt hard gewerkt om dit optreden te verhinderen. Het bestuur van het Groene Kruis
wordt onder druk gezet, maar blijft standvastig en laat zich niet niet de wetten stellen.
De eerste uitvoering wordt een succes. De zaal is afgeladen vol en... op de eerste rij zitten de plaatselijke
notabelen. Nog voor-dat het koor één noot heeft gezongen wordt het al begroet met een daverend applaus. Ook
de vrede met de pastoor wordt getekend. Bij de eerste zang- en toneeluitvoering, die op 1 december 1957 wordt
gehouden en waarvan de baten geheel voor eigen verenigingskas bestemd zijn, is pastoor Spaetgens de eerste
spreker. In een geestige toespraak merkt hij op dat er in de beste families wel eens meningsverschillen
voorkomen. Hij feliciteert het koor met wat het tot nu toe heeft gepresteerd en wenst de leden erg veel succes.
Deze geste van pastoor Spaetgens wordt door het koor zeer op prijs gesteld en niet vergeten. jaren later, wanneer
hij in Heerlen zijn diamanten priesterfeest viert, zijn de Klimmense zangers present om hem een klinkende
serenade te brengen. Voor de geschiedschrijving mag dit onstuimige, prille begin van het Klimmense mannenkoor
St.-Remigius niet onvermeld blijven. De jongeren zullen misschien vreemd opkijken dat zoiets toen mogelijk is
geweest.
Ouderen zullen glimlachen bij de herinnering.
De eersten
Wie
waren
die
mannen,
die
in
conflict
kwamen
met
de
pastoor
en
daarom
een
eigen
zangkoor
oprichtten?
De
oprichters
van
het
koor
St.-Remigius
waren:
Harry
Budé,
Huub
Budé,
Pierre
Budé,
Jan
Dortu,
jo
Dortu,
Pierre
Dortu,
Eduard
Kickken,
Huub
Kickken,
Victor
Kickken,
Jo
Speetjens,
Sjef
Vaessen,
Funs
Weerts,
Zef
Weerts
en
Huub
Weerts.
De
eerste
dirigent
werd
Jan
Dortu.
Huub
Weerts
werd
voorzitter.
Pierre
Dortu
sekretaris,
Sjef
Vaessen penningmeester en de twee overige bestuursleden werden Huub Budé en Huub Kickken
.
Nog
even
terugkomend
op
de
naam
van
het
koor
past
deze
toelichting.
Bij
de
oprichting
op
28
oktober
1956
werd
gekozen
voor
de
naam
Zangvereniging
"d'r
Auwe
Zank".
Op
20
februari
1958
wordt
de
benaming"zangvereniging"
gewijzigd
in
"mannenkoor".
Op
22
oktober
1961
ten
slotte
wordt
definitief
gekozen
voor
de
huidige
naam
Mannenkoor St. -Remigius. Het koor is aangesloten bij het Koninklijk Nederlands Zangersverbond.
(Tekst jubileumboek 1981: Pierre Dortu en Martin Huppertz)
St.-Remigius: een glorierijk verleden
Installatie beschermheer
notaris H. Palmen,
21-10-'61
Zingende mensen gelukkige mensen